Praktijkvoorbeeld - 30 november 2021

Inclusief herstel na corona: Kinderen in Rotterdam Zuid doen het nu beter op school

De gemeente Rotterdam werkt samen met andere partners al jaren aan betere schoolprestaties van kinderen en betere werkkansen voor jongeren op Zuid. In dit deel van de stad bestaan namelijk grote achterstanden. Met het bredere programma Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) wil de gemeente deze achterstanden terugdringen. Programmamanager School & Zorg Astrid Kroos vertelt meer over de opbrengsten van dit programma.

Denkrichting: Ga voor kansengelijkheid in onderwijs en arbeid
Dit is het vijfde voorbeeld in onze serie over de denkrichtingen. Hierin vind je suggesties voor de aanpak van gezondheidsachterstanden in en na de coronacrisis. Dit praktijkvoorbeeld van Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) gaat over investeren in kansengelijkheid in onderwijs en werk. Onderwijs en werk zijn belangrijk voor een goede gezondheid. Maar kwetsbare mensen lopen door de coronacrisis meer kans hun werk te verliezen. En het zijn vooral jongeren uit gezinnen met een lage(re) sociaaleconomische status die grote(re) onderwijsachterstanden oplopen.

De coronacrisis heeft veel impact op het dagelijks leven en op de gezondheid van mensen. De mentale en fysieke gezondheid staat extra onder druk, vooral bij mensen in een kwetsbare positie. Gemeenten werken aan herstelbeleid. Zij zoeken daarin ook naar passende aanpakken om gezondheidsachterstanden terug te dringen. Op basis van gesprekken met GIDS-gemeenten (wethouders, beleidsmedewerkers en professionals in de wijk) stelden we denkrichtingen op voor een inclusief herstel- en transformatiebeleid. De denkrichtingen sluiten aan bij inzichten en adviezen van onder andere het SCP, de SER en de RVS en VNG/Divosa. In deze interviewreeks illustreren we elke denkrichting met voorbeelden van inclusieve aanpakken uit gemeenten. Dit keer spraken we het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) over hun investering in kansengelijkheid in het onderwijs.

“In Rotterdam wordt vanaf het eerste begin intensief gewerkt aan een integrale aanpak voor het terugdringen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen”, zegt GezondIn-adviseur Aldien Poll. “Zowel in samenwerking met Werk en Inkomen, het Fysieke domein en Onderwijs, zoals bijvoorbeeld in Rotterdam Zuid, maar ook met specifieke gezondheidsprogramma’s voor mensen in kwetsbare posities, zoals Grip en Gezondheid of Samen Sterk in Beweging. Ook is de samenwerking met huisartsen in sommige wijken versterkt. Bestrijding van schulden en eenzaamheid worden zo door de huisartsen in samenhang opgepakt met gezondheidsadviezen. En in samenwerking met werkgevers in de stad is een mooi preventieakkoord voor Rotterdam opgesteld. Zodat ook op de werkvloer aandacht is voor leefstijl.”

Nationaal Programma Rotterdam Zuid

Deze samenwerking is ook goed te zien in Rotterdam Zuid. Sinds 2012 werken de gemeente Rotterdam, het Rijk, woningcorporaties, zorginstellingen, scholen, werkgevers, politie en Openbaar Ministerie samen in het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ). Het programma richt zich onder meer op betere schoolprestaties en -keuzes, meer inwoners aan het werk en betere woningen. Veel kinderen op Zuid blijven namelijk achter. “Kinderen komen met weinig taalbagage op school, doen het minder goed, maken hun eindtoets relatief slechter, vallen op het voortgezet onderwijs vaker uit en halen minder vaak hun diploma. Daarna vinden zij minder gemakkelijk werk. En als jongeren werk krijgen, houden zij dat ook minder vaak vast”, vertelt Kroos. Daarom ontstond in 2012 het deelprogramma ‘school’. Vanaf het begin was daar ook aandacht voor de thuisbasis van de kinderen, en voor veiligheid.

Extra les met Children’s Zone

Scholen op Zuid die meedoen aan de Children’s zone bieden per jaar 400 uur extra lesuren; gemiddeld 10 uur extra les per week. Ze kiezen voor extra wekelijkse lessen, of geven die uren in vakanties. De extra lestijd wordt besteed aan taal en rekenen, en aan het stimuleren van de sociaalemotionele ontwikkeling of gezondheid van kinderen. Alle kinderen doen in principe mee. Kroos: “De school bepaalt de precieze invulling.”

Children’s zone biedt ook zorggerichte ondersteuning. Veel scholen geven aan dat ze vanwege de vele problemen van kinderen niet aan de extra lessen toekomen. In Rotterdam-Zuid is sprake van veel en zware problematiek en de inzet van jeugdzorg en wijkteamondersteuning is niet altijd voldoende. “Schaamte speelt een rol. Mensen zoeken geen hulp. Er is sprake van gewenning. Door zorg aan te bieden via het kind op school, worden gezinnen bereikt die anders geen hulp krijgen”, vertelt Kroos.

Ieder kind een eigen mentor

In het minorprogramma Mentoren op Zuid van de Hogeschool Rotterdam worden studenten voor een periode van twintig weken gekoppeld aan een leerling in Zuid. Ieder kind (meestal vmbo, soms havo of basisschool) krijgt een eigen mentor. Wat zij samen doen, verschilt. Het kan huiswerkbegeleiding zijn, praten over de thuissituatie of over problemen met andere kinderen. De student-mentoren krijgen begeleiding vanuit school en kunnen gebruik maken van lesmateriaal.

Startbaan dankzij aan de bakgarantie

Met de AanDeBak-garantie (een ander deelprogramma van NPRZ) worden jongeren gestimuleerd een opleiding te kiezen waarmee ze goed aan het werk kunnen. Bijvoorbeeld in de techniek, als procesoperator, in de metaal, voertuigonderhoud of in de zorg. Zij krijgen de garantie al bij de start van de (zelfstandige) mbo-opleiding. Als de jongere een passende opleiding met een diploma afrondt, staan er werkgevers klaar om hem aan te nemen. De garantie zorgt op zijn minst voor een startbaan.

“Tegelijkertijd zien we ook dat het jongeren vaak niet lukt om hun baan te houden, zeker als er thuis problemen zijn.” NPRZ is daarom bezig een monitor op te zetten, om te kijken hoeveel jongeren in aanmerking komen voor zo’n garantie en daar een beroep op kunnen doen. En bijvoorbeeld om te kijken wat ze verdienen. Is dit anders is dan bij de groep die geen gebruik maakt van de garantie? Wel is al duidelijk dat de jongeren die aan deze opleidingen afstuderen, niet aankloppen bij het jongerenloket. Kroos: “Dat is een goed teken.”

Corona en de toekomst

Uit metingen – vóór corona – bleek dat kinderen het beter doen op school. Er was wel een uitzondering: in het primair onderwijs zijn de scores achteruit gegaan. Betrokkenen denken dat dit (deels) komt door het lerarentekort, dat vooral groot is in achterstandswijken. “Corona betekende gedeeltelijke stilstand, waardoor het mentoren-programma moest stoppen. Dat is later wel online gegaan, maar dat werkt toch anders.”

Ook andere delen van het programma hebben geleden onder de crisis, vertelt Kroos. Het programma gaat nu extra tijd en geld vrijmaken voor preventief werk en bijvoorbeeld investeren in school-zorgteams. Een belangrijke afspraak daarbij is dat de wijkteams van de gemeente een vast persoon aan de school koppelt die ook aanwezig is op de school. “Dat levert veel op, weten we uit ervaring.”

‘Pijlers moeten stevig zijn’

Programmadirecteur Marco Pastors sprak op onze studiedag over de problematiek in Rotterdam Zuid en de aanpak van het Nationaal Programma. Kijk zijn verhaal nu terug: